Een van de grandes dames van de Nederlandse Literatuur is natuurlijk Connie Palmen. Dit jaar schreef zij het boekenweekessay De zonde van de vrouw.
Ter gelegenheid van de Boekenweek toerde ze met Johan van De Schrijverscentrale als privé-chauffeur door heel Nederland voor voordrachten en lezingen.
Wat vindt u ervan, zo met de auto te worden rondgereden?
“Heel erg luxe is het. Onderweg rust ik lekker uit en klets ik wat met Johan, want die ken ik al heel lang. En na een lezing in bijvoorbeeld een boekhandel val ik lekker in de auto in slaap. Echt verwennerij. Het is trouwens niet de eerste keer: in 1999 hebben we dit ook al een keer gedaan.”
Ik vind het heerlijk om de lezer te amuseren en daar respons op te krijgen, dat je wat terug krijgt over je boek.
Is er veel veranderd sindsdien?
“Nee hoor, het boekenwereldje is natuurlijk vrij conservatief. Ik ken nog steeds veel boekhandelaren van toen. Alleen het publiek is wat jonger geworden. Ook de schrijversbezoeken zelf zijn niet veel veranderd, erg veel hipper maken kun je het niet. Ik niet in elk geval, ik doe niets digitaals bijvoorbeeld. Je hebt het alleen steeds over een ander boek.”
En het publiek, is dat veranderd? U zei net dat het jonger is geworden.
“Ja, maar dat komt waarschijnlijk omdat ik ouder ben geworden! Mijn publiek loopt echt van oud tot jong, dat is heel leuk. Het zijn wel voornamelijk vrouwen, misschien is dat wel vaker zo bij vrouwelijke auteurs, dat mannen daar niet zo snel naartoe gaan.”
Wat vindt u het leukst aan een schrijversbezoek?
“Die wisselwerking tussen jezelf als schrijver en het publiek. Ik vind het heerlijk om de lezer te amuseren en daar respons op te krijgen, dat je wat terug krijgt over je boek. Ter lering ende vermaeck van iedereen.”
Mijn publiek loopt van oud tot jong, dat is heel leuk
Wat zijn uw tips voor de schrijver die net begint met het geven van lezingen?
“Maak het niet al te serieus, vergeet vooral het vermaak niet. Sommige schrijvers kunnen dat beter dan andere.”
Tot slot: wat vindt u van De Schrijverscentrale?
“De veranderingen zijn best ingrijpend geweest, maar horen er wel bij. Het is goed dat jullie met de tijd mee zijn gegaan. Ik heb bewondering voor deze geweldige organisatie die al zo lang een bijdrage levert aan de samenleving. En alle lof voor jullie persoonlijke bemiddeling en contact, dat is jullie grootste goed. Ik ben blij dat jullie er zijn.”