Geboorteplaats Keulen
Website
https://anneliedavid.com
Geboorteplaats
Keulen
Website
https://anneliedavid.com
Dichter - Vertaler
Genre
Essays - Poëzie
Thema's
Identiteit - Migratie - Natuur
Activiteiten
Lezing - online activiteit (livestream) - Schrijfopdracht - Voordracht
Campagnes
De Vertaler Vertelt 2025
Leeftijdsgroepen
Volwassenen
Annelie David (1959, Keulen) is van huis uit danser en choreograaf. Na 2003 ontwikkelt David zich als dichter, wordt bekroond met de Dunya Poezieprijs (2004), schrijft essays en vertaald Duitstalige poezie van onder andere Esther Kinsky, Friederike Mayröcker, Farhad Showghi, Uljana Wolf, Orsolya Kalasz en Özlem Özgül Dündar. In 2013 debuteert zij met de bundel Machandel. De kritiek prijst de persoonlijke en emotionele kracht van haar teksten. Davids bundel Schokbos (2020) wordt genomineerd voor de Grote Poezieprijs 2021.
Annelie David is een dichter die van optreden houdt. Haar optredens bed ze graag in een omgeving van beeld en geluid. Ze werkt oa samen met het elektroakoestische duo Wanderwelle, contrabassiste Kim Soepnel of cellist Maarten Vos. Voor de beelden zorgt striptekenaar en filmmaker Guido van Driel. Hij illustreert haar bundels en maakte de poëziefilm Nachtbloeiers (NPF, Nederlands Poeziefilmfestival 2021) op het gelijknamige gedicht van David.
De thema's in Davids poëzie zijn ontheemding en natuur. De toon is licht melancholisch. De gedichten getuigen van een heel eigen muzikaliteit.
David werkt ook graag in opdracht. In het zomernummer van de Poëziekrant 2025 verschijnt haar 'museumgedicht' m a n, Rijksmuseum van Oudheden Leiden. Voor de podcast Redden wat je raakt schrijft ze een gedicht over Het Levend Archief (Zadenbank) dat verschijnt in juni 2025. In het tweetalig tijdschrift Trimaran verschijnen regelmatig vertalingen van haar en essays over vertalen. In juni 2025 publiceert het tijdschrift nY een vertaling van een essay van Uljana Wolf over erasure-poëzie (ism Jeanne Verwee).
23 april 2025 is haar nieuwste bundel Onvolledig alfabet verschenen. Daarin onderzoekt zij in de vorm van prozagedichten vragen over identiteit, familiegeheimen, verlies van plek en taal. Gesitueerd in de intieme wereld van een tuin, van oudsher beschouwt als paradijselijk, ervaart de lezer door de sporen van een verloren taal iets over de gevolgen van gedwongen vertrek, de onvolledigheid van herinneringen en het verlangen naar het onbekende.
externe webpagina's